Natuurpunt Werkgroep

Activiteiten

Libellen in België

Publicaties

Over ons

Hoogveenglanslibel - Somatochlora arctica

Areaal

Somatochlora arctica is algemeen verspreid in Scandinavië en het noorden van Rusland. In Midden- en Oost-Europa heeft ze een sterk versnipperde verspreiding en is er vooral beperkt tot de hoger gelegen gebieden (Vogezen, Jura, Centraal Massief, Pyreneeën, Alpen, Karpaten). Op de Britse eilanden komt ze enkel voor in Schotland en een klein deel van Ierland. Het areaal reikt oostwaarts over Siberië tot Japan.

 

Waarnemingen

 

Hoogveenglanslibel PhilippeGoffart 

mannetje
@Philippe Goffart

 

Verspreiding in België (2006)

Zeer zeldzaam. Is in Wallonië beperkt tot enkele veengebieden in de Hoge Ardennen (Hoge Venen, Plateau van Elsenborn, venen van Spa-Malchamps, Plateau des Tailles en Plateau van Recogne) en van het militair domein Lagland (Arlon) in de Lorraine. In Vlaanderen nagenoeg beperkt tot de grote heidegebieden in de Limburgse Kempen (De Teut te Zonhoven, vallei van de Zijpbeek te Rekem, militair domein van Houthalen-Helchteren, vallei van de Zwarte beek te Koersel). Daarbuiten zijn er nog gegevens bekend uit het Dorperbroek te Opglabbeek en van Rotem-Stokkem. De enige populatie van S. arctica in de Antwerpse Kempen ligt in het Buitengoor te Mol.

 

Evolutie van de verspreiding

Tot 1950 zijn er van S. arctica slechts weinig gegevens en was de soort enkel bekend van de Hoge Venen, de venen van Spa-Malchamps en van de Lorraine. Pas in 1982 werd ze voor het eerst in Vlaanderen (vallei van de Zwarte beek te Koersel) gevonden. Sinds die periode werd ze ook van verschillende andere veengebieden in de Hoge Ardennen en enkele Limburgse heidegebieden gemeld. Vermoedelijk is S. arctica hier altijd al aanwezig geweest, maar werd ze over het hoofd gezien of werden de gebieden niet of onvoldoende onderzocht. Op enkele plaatsen in de Hoge Ardennen werd ze recent niet meer gevonden. Vermoedelijk verdween ze hier tengevolge van veranderingen in het biotoop of het verdwijnen ervan. Het is mogelijk dat de aantallen op de huidige vindplaatsen zijn gedaald en dit door een vermindering van geschikte biotoop in de loop van de 20ste eeuw.

 

Habitat

S. arctica komt hoofdzakelijk voor aan kleine, ondiepe vennen, hoogveen en in de kleine slenken die in deze venige gebieden aanwezig zijn. Vaak worden die gebieden gekenmerkt door een ijle boomopslag. Voortplanting gebeurt vooral in die zure tot matig zure slenken. In deze slenken en venige plassen komen veel ondergedoken en drijvende veenmospakketten voor.

 

Fenologie

De vliegtijd van de Hoogveenglanslibel gaat van de eerste decade van juni tot de tweede decade van augustus, de meeste waarnemingen dateren uit de periode half juni tot eind juli. Uiterste data zijn 5 juni en 21 september.

 

Literatuur

Litt (1965), Barvaux (1988), Anselin (1983, 1985).